donderdag 13 juni 2013

Period 7 - Minor Graphic Art

Ik koos voor de minor Grafiek op de academie in 's-Hertogenbosch, omdat ik de ambachtelijke manier van het creëren van beeld steeds meer ben gaan waarderen en hier ook in een andere vakgebied  en omgeving ervaring op wilde gaan doen. De verschillende druktechnieken lenen zich hier uitstekend voor. In deze periode heb ik veel onderzoek gedaan naar de mogelijk- en onmogelijkheden van de Grafische kunsten en heb ik een reeks prenten gemaakt die dienen als inhoudelijk persoonlijk manifest.


End result presentation Minor Graphic Art


Research self portret/manifest

Het zelfportret of persoonlijk manifest kon je interpreteren als een breed gegeven, waarbij je langzaam aan de hand van persoonlijke ervaringen en keuzes je werk nader tot jezelf laat komen. De eerste vier weken was voor jezelf om te experimenteren met een aantal technieken, de vier weken die volgden moest je gaan gebruiken om nader tot je onderwerp te komen en beelden voor je manifest te filteren.
Om hiermee een start te maken ben ik een aantal van mij gevoelens en bezigheden gaan fotograferen om deze verder te gaan onderzoeken met een aantal druktechnieken.







Pretentieloos krassen

Het pretentieloos krassen was een goede begin oefening. Bij de eerste tekeningen met balpen op papier kwamen weinig gevoelens of beelden bij mij naar boven die ik kon gebruiken in het creëren van een eigen beeld. Met houtskool lukte dit wel aardig. Ik zag er iets in dat ik ben gaan uitwerken in een vervolg beeld. Deze stappen ondernam ik vaker in deze periode.



Linosnede (hoogdruk)

De linosnede techniek was bij mij al bekend op mijn middelbare school. Hier ben ik verder mee gaan experimenteren. Het licht en donker contrast sprak mij erg aan.





Lithografie (vlakdruk)

Lithografie is het egaal maken van een steen om er vervolgens een tekening op te maken met drukinkt (afstoten van water en vet), om deze daarna af te kunnen laten drukken op papier. Hiermee kun je diepe zwarttonen creëren.
In eerste instantie leek het erop dat de tekening op mijn steen een goede afdruk zou achterlaten op het papier, maar dat bleek niet het geval te zijn. Mijn steen bleek hol te zijn waardoor het middelste gedeelde, en de bomen, niet goed werden afgedrukt op het papier. Daarom ben ik er op gaan krassen om zo een negatief beeld te laten ontstaan. Ook deze afdrukken waren niet erg succesvol.







Droge naald (diepdruk)

Bij het experiment met de droge naald kwam ik er al gauw achter dat ik het een fijne techniek vond om mee te werken. Je krast met een scherpe pen of naald op een plastic doorzichtige plaat, rolt deze in met inkt en maakt er vervolgens afdrukken mee met de drukpers.
Je kon zo een al bestaand beeld overzetten en manipuleren en deze een andere betekenis te geven door te spelen met zwart-wit contrasten.
Deze techniek heb ik veel gebruikt voor het maken van mijn eindwerken.















Ets en aquatint (diepdruk)

Etsen doe op een zinken plaat. Deze maak je vetvrij en schuur je glad met fijn schuurpapier, besmeert hem met vernis, zodat je er vervolgens met een scherpe naald op kunt krassen. Wanneer je deze een aantal minuten in een zuurbad legt en vervolgens schoonveegt kun je ermee gaan drukken op etspapier.
Een variatie op etsen is aquatint. Daarbij plaats je de ets in een stuifkast waar gelijkmatig harspoeder over wordt verdeeld. Deze brand je vast op de plaat waardoor er een structuur op ontstaat. Door dit laagje voor laagje te doen kun je aan de hand van het zuurbad verschillen in zwarttinten maken.
Ook deze techniek heb ik een paar keer gebruikt voor het maken van mijn eindprenten, omdat deze techniek wat verfijnder werkt en je er meer detail in naar voren kunt brengen.







Wanneer je een etsplaat te lang in het zuur laat liggen ontstaat er bovenstaand (midden) effect


Zeefdruk (doordruk)

Bij zeefdruk wordt er een stuk fijn gaas wordt over een raamwerk gespannen. Hierop wordt een lichtgevoelige laag gesmeerd die belicht wordt. De donkere vlakken worden weggewassen waardoor er een beeld op ontstaat. Door hier met een rakel (plank) verf over uit te smeren druk je het beeld door het gaas op het papier.
Met deze techniek heb ik wel een volgende stap kunnen zetten in mijn verbeeldende proces, maar ik heb de techniek niet ervaren als de mijne. Er ontbrak wat aan eigenheid waardoor ik er niet iets mee kon creëren dat ik als persoonlijk manifest kon beschouwen.



Oriëntatie werkveld

De vormgever en kunstenaar die mij het meest hebben geïnspireerd zijn Jelle Kindt en Henk Visch.
Illustrator Jelle Kindt heeft een verhalende manier van werken die mij aanspreekt. Hij zoekt eerst naar beelden in zijn hoofd die hij wil overbrengen en pakt daar de essentie van. De sfeer en het moment dat vastgelegd is in het beeld vind hij een belangrijk gegeven. Hij vindt dat een prent een onderdeel van een geheel moet zijn maar dat het ook op zichzelf moet kunnen staan. De minimalistische tekeningen moeten de verbeelding aan de kijker overlaten.
Beeldend kunstenaar Henk Visch heeft naast zijn beeldhouwwerken ook vele tekeningen gemaakt. Hij tekent veelal figuratieve menselijke vormen in een pose midden op een blad met veel witruimte eromheen. Daardoor kunnen er verschillende associaties en suggesties worden opgeroepen. Hij gebruikt verschillende bronnen ter inspiratie voor zijn werk, met thema's als religie, gewicht en taal. Met zijn minimalistische tekeningen probeert hij de toeschouwer te raken.


 Jelle Kindt

Henk Visch


Presentatie

Na een aantal weken was er al flink geëxperimenteerd door iedereen en vonden de docenten het interessant om te kijken hoe de etalages om de academie heen ingevuld konden worden met ons werk.
De eerste poging waarbij we in een groepje een algemeen concept wilden voor ons werk, was te geforceerd. We hebben de mogelijkheden een aantal keer herzien en zijn toen tot een combinatie gekomen van zwart-wit beelden waarbij de beelden in zijn geheel goed bij elkaar pasten en we minder aan een concept dachten.




Voor mijn individuele presentatie over mijn proces en eindprenten ben ik tot een aantal mogelijkheden van presenteren gekomen. De meest interessante vond ik het projecteren van een animatie van mijn prenten via een beamer op een muur, waardoor de prenten echt tot leven zouden komen. Dit zou tevens een goede aansluiting zijn op mijn major Animatie.
Terwijl ik bezig was met een test kwam ik er echter achter dat de pixels die de beamer projecteerde te groot waren, waardoor er veel details wegvielen. Ik ben van deze presentatievorm afgestapt en heb de animatie alsnog gemaakt, maar heb deze via mijn laptop vertoond op een zuil. Dit bracht mij alsnog het gewenste effect.





Mijn prenten zijn op zichzelf staande beelden, en vormen een gezamenlijk verhaal. Ze zijn de verbeelding van het innerlijke verlangen naar vrijheid die ik probeer te vinden in het dagelijkse leven. De natuur speelt hierbij een belangrijke rol.
Zelf ontdekte ik dat ik mij erg in de tweesprong bevond van het bedenken van beeld en het spontaan laten ontstaan van beelden. De wil naar die vrijheid is er, maar het eindpunt is nog niet in zicht.

Een medestudent van de minor heeft van de eindprenten van een aantal collega's (die hun werk opgestuurd hebben) een verzamelboekje gemaakt. Een erg leuk initiatief.






Expositie Grafisch atelier

Het hoogtepunt van de minor vond ik de expositie in het Grafisch Atelier in 's-Hertogenbosch. Hier werd een selectie van ons werk tentoongesteld. Het was voor ons een mooie manier ons kenbaar te maken aan de rest van de wereld. Tevens was het leuke mogelijkheid voor onze ouders en kennissen om ons werk te komen bezichtigen (en zelfs eventueel aan te schaffen).



Een leuk feitje was dat ik toevallig 2 weken voor mijn eindpresentatie in de krant keek die uitgebracht was op mijn geboortedag. Hierin stond een samensmelting en verdwijning van een aantal opleidingen op de kunstacademie in 's-Hertogenbosch. Na de expositie stond er een artikel over de expositie met mijn werk in de Bossche Bode. Dat vond ik wel een grappig toeval.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten